Het was erop wachten,
maar na twee jaar werken met flexplekken zijn er zo langzamerhand heel wat
mensen die de regels overtreden. We hebben—om maar wat te noemen—mensen die
zich een eigen kantoortje hebben toegeëigend en daar boekenkasten hebben
neergezet met al hun boeken. Dat is misschien wel de grootste zonde tegen het
flex-systeem. We hebben ook een hokje dat nu voor één dag in de week voorbestemd
is voor drie collega’s die alleen op die dag komen en dan blijkbaar erg graag
willen samenwerken. Kijk, daar kunnen we natuurlijk niets op tegen hebben—dat samenwerken—maar
waarom ze daarvoor nu telkens een kantoortje moeten claimen?
En dan zijn er nog de
kleinere overtredingen—ja, ik noem het overtreding, want van het een komt altijd
het ander. Je weet wel: het hellend vlak! Ik heb de volgende zaken opgemerkt in
onze flexibele werkomgeving:
·
Er is iemand die een eigen (!) plant heeft. Nu is die iemand zo netjes hem
na het werk op een flex-kast te zetten en iedere keer als ze werkt, hem pas mee
te nemen naar haar bureau. Maar het is de deur op een kier.
·
Er zijn mensen die allerlei bijzondere stoelen naar binnen hebben
gesmokkeld, zelfs hooggeplaatsten! Alles onder het mom van “arbo-voorschriften”.
Ja, maar het betekent wel er iets “eigens” ontstaat. En waar staan al die
stoelen? Allemaal in het hok dat bedoeld was om eventjes ongestoord en
niet-storend te kunnen bellen.
·
Ja, hier en daar heb ik zelfs iets aan de muur zien hangen—en dan bedoel ik
niet de jassen. Mensen die een hokje hebben opgevrolijkt en er dan bij voorkeur
zelf in zitten.